Woensdagmorgen, tien uur. Ik neem de les over van mijn collega. De klas is al twee uur aan het werk en de concentratie neemt iets af. Plots begint een leerling te zingen en direct nemen een paar andere leerlingen het over. De woorden klinken duidelijk door het lokaal: “Leef, alsof het je laatste dag is.”. Direct komen flarden van het nummer in me naar boven drijven.
Leef, alsof de morgen niet bestaat.
Leef, alsof het nooit echt af is.
En leef, pak alles wat je kan.
Als ik het nu niet afkap, weet ik dat we binnen een paar minuten kunnen ‘genieten’ van een klassikaal concert. Ik geef een duidelijk signaal af dat er nu geen gelegenheid is om te zingen en de leerlingen gaan weer aan het werk. In mijn hoofd blijft het nummer zich echter afspelen.
Ik vraag mezelf af of de leerlingen nadenken over wat ze zingen of dat het alleen de melodie is die het nummer populair maakt. Die vrijdag mag ik de dag met diezelfde klas beginnen. We beginnen op het Driestar College altijd met het lezen uit de Bijbel. Vandaag vraag ik voor ik begin met lezen eerst of de leerlingen nog weten welk lied ze deze week vanuit het niets begonnen te zingen.
Binnen enkele seconden krijg ik vanuit een onverwachte hoek een antwoord: “Ja, mevrouw... ‘Leef’ van André Hazes.”, vertelt een leerling die niet meezong. De vraag of iedereen dit lied kent, wordt bevestigend beantwoord. Bij de vraag of iedereen weet wat er gezongen wordt, zie ik een aantal leerlingen ontkennend reageren. Ze vinden dat het nummer een ‘lekkere’ melodie heeft en hebben nooit echt stilgestaan bij de tekst. Een leerling wil uitleggen wat er met het lied bedoeld wordt. Hij vertelt dat de schrijver het lied heeft geschreven over zijn vader en de moeilijke tijd die hij heeft doorgemaakt. Hij wil een les meegeven en dat is: van elke dag te genieten alsof het de laatste kan zijn.
Nu is het tijd voor een persoonlijke vraag; dit is het spannendste moment van de dagopening. Op zo’n moment kan het zijn dat het gesprek ‘doodloopt’ waardoor de openheid direct verdwijnt. “Wat zouden jullie doen als je wist dat het je laatste dag zou zijn? Hoe zouden jullie deze dag doorbrengen?”. Dankbaarheid vervult mijn hart als ik merk dat er een gesprek op gang komt. Een aantal leerlingen geeft aan dat ze deze dag zouden gebruiken om te genieten, om alles nog even uit het leven te halen… want nu kan het nog. Een andere leerling vraagt zich oprecht af wat er fout kan zijn aan dit liedje. Het is mijn bedoeling om de leerlingen te prikkelen, niet om alles in vakjes van goed en fout te stoppen.
De openheid onder de leerlingen verbaast me. Ik voel dat ik hun belevingswereld ben binnengestapt en een kijkje mag nemen in hun denkwereld. Dan stel ik de vraag of we onze laatste dag juist niet zouden moeten bidden voor onszelf, voor de ander. Of deze dag ons juist niet zal vervullen met heimwee en uitzien naar een eeuwig Thuis, een gebed voor onze naaste die de Heere nog niet kent. Wat dat betreft had André Hazes niet dichter bij de kern kunnen komen. Leef, alsof vandaag de laatste dag is. Memento Mori. Gedenk te sterven. Het bruggetje naar het te lezen gedeelte uit de Bijbel is gemaakt. Ik hoop dat één ding blijft hangen…
Leef, alsof het de laatste dag is!
Joline Moree is docente algemene economie en economie & ondernemen op het Driestar College. Ze is ingestroomd in het onderwijs vanuit de bankensector en zit in het laatste jaar van haar studie (LVO economie).